Voorjaarsexcursie Luik en
Maastricht
Zaterdag 8 april 2017
De excursie van LGOG Kring Ter Horst
ging in 2017 naar Luik en Maastricht. De excursie, die overtekend was waardoor
een wachtlijst bestond, vertrok om klokslag acht uur uit Horst. Eerst ging de
reis richting Luik.
Het vernieuwde Luikse museum van La Boverie, gelegen aan de oevers van de Maas,
opende pas om tien uur de deuren. Om die reden gingen we eerst koffie drinken in
het museumrestaurant dat "Madame Boverie" heet, als woordspeling op de roman van
Flaubert, Madame Bovary. Iedereen kon zichzelf voorzien van koffie of thee met
daarnaast keuze uit verschillende soorten gebak.
Tussen tien en elf gingen de deelnemers op eigen gelegenheid de vaste collectie
bekijken: werken van Ingres, Boudin, Monet (Le Bassin du Commerce) of Evenepoel
(Promenade du dimanche au Bois de Boulogne) maar ook moderne meesters zoals
Picasso (La Famille Soler), Gauguin (Hiva Oa), Chagall (La Maison bleue), Ensor
(La Mort et les Masques), Utrillo (Le Moulin de la galette), Van Dongen (La
Violoniste), Magritte (La Forêt), Delvaux (L’Homme de la rue) of van Corneille
en Karel Appel (Cobra).
Iets over elf uur ging de bus verder – over soms smalle stukken weg en gehinderd
door geparkeerde auto's – naar het "Mémorial Interallié", een burgerlijk en
religieus monument waarmee de geallieerden eer brengen aan het heldhaftige
verzet van Luik en van België in de Eerste Wereldoorlog. Luik was de eerste stad
die zich verzet heeft tegen de bezetters in 1914; in 1925 werd de stad door de
Oud-strijders uitgekozen als plek waar een monument van de geallieerden moest
komen.
Het monument is gebouwd op de Cointe-heuvel en torent boven het nieuwe station
uit. In het burgerlijke deel van de herdenkingsplek zijn verschillende
monumenten die door de geallieerde naties aan Luik werden geschonken: acht
landen zijn op dit moment vertegenwoordigd (Italië, Frankrijk, Roemenië, Spanje,
Griekenland, Groot-Brittannië, Polen en Rusland). Iedereen die belangstelling
had werd met liften naar de bovenste verdieping gebracht, waardoor men op 175
meter boven zeeniveau stond.
Op het terrein bevindt zich ook nog een grote kerk die basiliek genoemd wordt
(hoewel het officieel nooit die titel heeft gekregen); de kerk is niet meer te
bezoeken vanwege instortingsgevaar.
De lunch kon worden gebruikt in de omgeving van het station van Luik. Dit
station, Liège-Guillemins, is na een bouwperiode van elf jaar geopend in
september 2009 en werd ontworpen door de Spaanse architect Calatrava.
Iets voor half drie ging de bus richting Maastricht. Daar werd een bezoek
gebracht aan de Heilig Hart van Jezuskerk, ook wel Koepelkerk genoemd. Het
gebouw is van de hand van Alphons Boosten en Jos Ritzen en werd in 1953 in de
huidige vorm voltooid. Boosten bouwde in onze streken onder andere de kerken van
Melderslo, Grubbenvorst en Horst.
Het skelet van de Maastrichtse Koepelkerk bestaat uit een dubbele betonnen
koepel, gestut door acht in de muren weggewerkte zuilen. Hij is bekleed aan de
buitenkant met grote blokken Kunradersteen en aan de binnenkant met wit, grijs
en zwart gestreept marmer. Een groene, koperen koepel is het dak. Het ontwerp
voorzag oorspronkelijk in twee torens aan de voorzijde, aan weerszijden van de
hoofdingang. Deze zijn echter nooit gebouwd.
De kerk bevat een schat aan kerkelijke kunst uit de eerste helft van de 20e
eeuw. Zo zijn er glas in loodramen van Henri Jonas, kruiswegstaties van Charles
Eyck en een piëta van Charles Vos. Boosten zelf tekende voor het marmeren
hoofdaltaar (met retabels van Edelsmidse Brom).
Na een interessante rondleiding kon ieder op eigen gelegenheid nog genieten van
het mooie weer in de omgeving van de Koepelkerk. Vlakbij bevindt zich het
station en de wijk Céramique. De naam van dit stadsdeel is ontleend aan de
aardewerkfabriek Société Céramique, die hier voorheen gelegen was. De Société
Céramique was al in 1958 samengegaan met een andere Maastrichtse
aardewerkproducent, de Koninklijke Sphinx. De keramische productie werd
geleidelijk aan overgeheveld naar de Boschstraat. In Wyck werden nog een aantal
jaren filterzakjes (Filtropa) en kaarsen (Randwyck) geproduceerd. Na de sluiting
van de fabriek rond 1980 lag het aan het stadscentrum grenzende fabrieksterrein
enkele jaren braak. In 1987 begon de herontwikkeling van het 23 ha grote
terrein.
Om half zes ging de bus richting Horst waardoor we mooi op tijd terug waren van
een bijzondere reis.
Verslag: Marcel
van den Munckhof
|