Lezing naar aanleiding van de "Maand van de Geschiedenis" met als thema "Geluk" door de heer prof. Dr. Hans Kasper.
Film van cineast Marijn Poels over het thema "Gelukszoekers".
Woensdag 13 september 2017

Ga naar de presentatie...

Op 13 september zijn we met het LGOG kring ter Horst weer begonnen met de eerste lezing van het nieuwe seizoen. De lezing werd goed bezocht. Er waren ruim 50 belangstellende bij de eerste lezing met het onderwerp aansluitend op het thema geluk. Dat is het thema van dit jaar en te herkennen in vele nederlandse musea. Maar geluk zoekt iedereen. Dus ook de arbeidsimmigranten die in onze streken zijn neer gedaald. En het eerste deel van deze lezing gaat over Arbeidsmigranten en Gelukzoekers. Dit deel zal worden gepresenteerd door de heer Prof. Dr. H. Kasper. Hij gaf een mooi overzicht van de Arbeidsmigranten in Limburg en ook specifiek in onze gemeente Horst aan de Maas.
Na de pauze kwam een korte documentaire film van cineast Marijn Poels “Twee levens in een hart”.
Het is een verhaal over 2 arbeidsmigranten die hun geluk en werk kwamen zoeken in onze provincie.


1e deel van de avond: lezing over Arbeidsmigranten en Gelukzoekers.
Prof. Dr. Hans Kasper heeft wetenschappelijk onderzoek gedaan naar arbeidsmigranten in Limburg. Hij is wetenschappelijk directeurvan Etil bv, het advies- en onderzoeksbureau uit Maastricht, dat gespecialiseerd is in regionaal-economisch onderzoek op het gebied van demografie, arbeidsmarkt en onroerend goed. Daarnaast is hij ook hoogleraar marketing en marktonderzoek aan de Universiteit van Maastricht.
De lezing gaf een goed beeld in de kenmerken van de arbeidsmigranten in Limburg en in de gemeente Horst aan de Maas. Het is een selectie van een groter rapport dat bureau Etil heeft geschreven in opdracht van de provincie Limburg. In verband met het te voeren beleid wou de provincie een fundamenteel onderzoek hebben naar de arbeidsmigranten in de eigen provincie. Het ging vooral om de kenmerken van de arbeidsmigranten (uit welke landen men afkomstig is, in welke sectoren werken ze, leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, etc.) en de vraag of zij voor verdringing op de arbeidsmarkt zorgen. Het rapport is van het jaar 2012. Voor deze lezing zijn de cijfers voor de laaste jaren iets aangepast en het is een samenvatting van het officieëe rapport.
In het begin van de lezing kwam al duidelijk naar voren, dat de bevolking van Limburg aan het krimpen is. Tot het jaar 2000 is er nog groei, tot een maximum aantal inwoners van bijna 1 150 000 in onze provincie. Maar na het jaar 2000 daalt de bevolking tot ca. 900 000 inwoners in het jaar 2050 volgens de prognose. Die daling is in Zuid Limburg het meeste te merken. In Midden- en Noord Limburg is er ook wel een daling maar dat is een kleinere daling van slechts 10% in 30 jaar tijd. Voor dit jaar 2017 telt de provincie Limburg ruim 1 100 000 inwoners, waarvan er 520 000 in Midden- en Noord Limburg wonen. De sterke groei van de bevolking heeft vooral tussen de 1e en 2e wereld oorlog plaats gevonden. Deze groei was vooral groot in het zuiden van Nederland, mede onder het katholieke geloof. Opvallend is dat vanaf het jaar 2005 er meer Limburgs sterven dan er nieuwe Limburgers bij komen door geboorten. Deze trend komt door de vele mensen die geboren zijn in de periode van grote groei tussen ca. 1920 en 1940. En deze Limburgers zijn nu allemaal al gepensioneerd en op leeftijd. Opvallend is ook dat in onze gemeente Horst aan de Maas de krimp van inwoners vanaf het heden tot het jaar 2050 slechts 5% is. Dit is wel een prognose. Nu telt onze gemeente ca. 42 000 inwoners.
Door al die jaren heen zijn er ook constant Limburgs die naar andere delen van Nederland verhuizen. Dat zijn dan de studenten die in andere provincies gaan studeren en na hun studie daar een baan vinden. Overal in het land in de studenten steden vind je vele Limburgers die daar wonen en werken. Van de buitenlandse arbeidsmigranten zijn er vanf 1990 tot 2015 ca. 3000 per jaar die zich in onze provincie komen wonen (en werken). Alleen in de periode tussen 2001 en 2008 vertrokken er meer buitenlandse arbeidsmigranten dan er kwamen. Voor de toekomst worden er een kleine 1000 migranten per jaar verwacht die er bij komen.
De krimp van de bevolking vindt de provincie Limburg niet wenselijk. De Provincie vindt:
- Limburg is een krimpende provincie met een krimpende beroepsbevolking
- Arbeidsmigranten zijn nodig om:
o Op peil houden van voorzieningenniveau.
o Vestigingsklimaat in stand te houden voor bedrijven.
- Arbeidsmigranten: vrij verkeer van werknemers in Europa.
De meeste arbeidsmigranten komen naar Nederland, Limburg om hier een eigen inkomen te kunnen verdienen. Ze komen hier naar toe omdat ze denken dat ze hier veel makkelijker werk kunnen vinden dan in hun eigen thuisland. En meestal is dat ook zo. Met dat betaald werk kunnen ze een inkomen genereren en zich met hun gezin hier later eventueel vestigen. In hun eigen land is er voor hen te weinig of bijna geen betaald werk. Ze komen als het ware als geluks zoekers hier om een beter leven op te kunnen bouwen. In hun eigen land is dat bijna onmogelijk. Uit de grafiekjes is te zien dat Nederland samen met de Sandinavische landen en Oostenrijk hoog scoort op de factor tevredenheid met het leven en een hoge geluk- en consumentvertrouwen heeft. Oost Europese landen scoren aanzienlijk lager.
In Horst is duidelijk waar te nemen dat er de laatste jaren het aantal arbeidsmigranten gegroeid is. Tot het jaar 2010 was het aantal arbeidmigranten vrij constant en wel op 2000 personen. Echter vanaf 2010 is het aantal fors toegenomen en dit jaar (2017) telt de Gemeente Horst al 4500 arbeidsmigranten. Daarvan zijn door de jaren heen ruim 1000 personen uit Duitsland in onze gemeente werkzaam. Maar vele reizen per dsg wel op en neer. Maar de flinke groei zit vooral in het aantal Poolse arbeidsmigranten. De laatste 9 jaar is dat aantal gestegen van 200 naar ruim 1400. En de groei gaat waarschijnlijk door. Vele hiervan zijn werkzaam in de Landbouw. Maar ook groot deel is werkzaam in technische beroepen. Iedere Hortsenaar weet natuurlijk dat er zondags al jaren de mis in het kerkdorp Meterik in het Pools wordt gedaan. En die misdienst, op Zondag, wordt dan goed bezocht.
De Provincie Limburg wil vooral de afstemming verbeteren voor deze arbeidsmigraten op de Limburgse arbeidsmarkt. De Provincie wil arbeidsmigranten aantrekken voor moeilijk vervulbare vacatures en om toekomstige tekorten op te vullen. In Horst zien we al dat vooral de Poolse arbeidsmigranten goed werken verrichten in de Landbouw. En de werkgevers van de landbouw bedrijven zijn tevreden over de arbeidsethos van deze migranten.
In geheel Limburg zijn nu 32 000 migranten (uit de Europese Unie), waarvan bijna 22 000 werkende arbeidsmigranten zijn geregistreerd. Werknemers uit onze buurlanden België en Duitsland tellen in feite niet mee als arbeidsmigranten. Zij pendelen vaak op en neer. Meer als de helft van de arbeidsmigranten in Limburg komt uit Polen. Landelijk is dat maar 40%. De 2e groep arbeidsmigranten komt uit het Verenigd Koninkrijk maar die maken maar 8% van de totale populatie uit. Hoe zich dat na de Brexit gaat verhouden is nog ongewis. Dan volgen de arbeiders uit italië, Hongarije, Spanje Frankrijk en Romenië. Die laatste groep is al 3%. Van de migranten in Limburg is 54% man. En iets meer als de helft is zelfs jonger dan 35 jaar. Het zijn vooral de jongeren die hier naar toe zijn gekomen. Want de Limburgse jongere verdwijnt uit het straatbeeld en wordt vervangen door een jonge arbeidsmigrant (Limburg kent steeds minder jongere autochtonen).
De meeste arbeidsmigranten zitten in Noord Limburg. Daar maken deze arbeidsmigranten al meer dan 5% uit van de totale beroepsbevolking. In Midden limburg maken deze migranten tussen de 2 en 3% uit van de beroepsbevolking. En in Zuid Limburg ligt dat percentage nog lager, tussen de 1 en 2%, maar met als uitzondering Maastricht, Vaals en Stein, die hebben een hoger percentage van 3 à 4%.
De meeste arbeidsmigranten vullen de tekorten in de Limburgse arbeidsmarkt op. De Provincie verwacht tekorten in de agrarische sector, de technische sector, transport sector en in elementaire beroepen (bv. productiemedewerkers, vakkenvullers, interieurverzorgers). Voor deze beroepen zijn er steeds minder allochtone (Limburgse) jongeren te vinden, die voor deze sectoren kiezen. Zoals al vermeld heeft Limburg ook minder jongeren. De arbeisdmigranten vullen en kunnen dit tekort aanvullen. Er is dan in principe geen sprake van verdringing van de huidige arbeidsmarkt. Als er al sprake is van verdringing, dan geldt dat in meer of mindere mate voor: Jongeren, Traditionele allochtonen en Lager opgeleiden. De eerste 2 groepen zijn in Limburg al ondervertegenwoordigt t.o.v. het landelijk niveau. De Lager opgeleiden zijn in Limburg wel meer vertegenwoordigd. De Arbeidsmigranten zijn in principe de helpende hand voor delen van de Limburgse arbeidsmarkt, ook in de toekomst. En ze zijn ook letterlijk een helpende hand. Landelijk gezien werken ze vooral in de sectoren landbouw, bosbouw en visserij, industrie en vervoer en opslag. In Limburg zijn de arbeidsmigranten over het algemeen werkzaam in de lagere beroepen, met name in de uitzendbranche en landbouw en bosbouw en ook enigszins in de industrie.
De beloning van van arbeidsmigranten is over het algemeen aan de lage kant, 65% verdient minder dan 20.000 Euro. Het gevoelsmatige beeld van arbeidsmigranten dat er bestaat klopt vrij goed met de werkelijkheid, vooral in Noord Limburg (laag salaris, laag opgeleid, onderkant arbeidsmarkt) maar dan alleen in de agrarische sector. Voor de andere sectoren is de verdelinge en beloning net zo divers als in de rest van Limburg. Maar er zijn ook genoeg arbeidsmigranten die werken in het midden en hoger segment van de arbeidsmarkt. De meeste werkgevers kiezen vaak bewust voor arbeidsmigranten vanwege de flexibiliteit, motivatie, kosten, vakmanschap en internationalisering.
Samenvatting uit de lezing voor de Provincie Limburg:
• Migratie en demografie zijn bepalende factoren.
• Arbeidsmigranten zijn een diverse groep, met een bepalende rol op de arbeidsmarkt.
• Arbeidsmigranten zijn naast de landbouw ook werkzaam in handel, industrie, vervoer en opslag.
• Arbeidsmigranten zijn jong (53% <35 jaar).
• Arbeidsmigranten verrichten niet enkel arbeid tegen lage lonen.
• Verdringing lijkt beperkt: wel aandacht voor risicogroepen en oneerlijke concurrentie.
Uit de lezing kan worden geconludeert dat:
• In Limburg de beroepsbevolking krimpt.
• De vervangingsvraag neemt de komende jaren toe…
• …waardoor werkgevers in een behoorlijk aantal beroepsgroepen te maken krijgen met krapte.
• Het aantal arbeidsmigranten neemt naar verwachting toe…
• …arbeidsmigranten zijn veelal werkzaam in beroepen waarvoor knelpunten verwacht worden.


2e deel van de avond: een dokumentaire film over arbeidsimmigranten van cineast Marijn Poels.
Na de pauze is de dokumentaire vertoont van Marijn Poels over Marokkaanse arbeidsimmigranten genaamd: Twee levens in een hart. Marijn Poels biedt de film ter vertoning aan onze kring, mede omdat hij geboren en opgegroeid is in onze gemeente.
In de film werd het leven hier in Limburg gevolgd van twee Marokkaanse personen: Lakhdar Maazouzi
(83) en Larbi Yahyia (68). Zij kwamen beiden in Nederland terecht als gastarbeider met in eerste instantie de bedoeling om ooit weer terug te keren naar hun vaderland. Echter hebben ze zich hier gevestigd en wonen ze nog steeds in Nederland. Het verhaal concentreert zich op het sociaal dilemma dat ze door hun kinderen, die uiteindelijk opgroeiden met de Nederlandse cultuur, niet meer zo gemakkelijk terug kunnen gaan naar Marokko. In de film volgen we de levens van deze 2 arbeidsmigranten en de beweegredenen dat ze beide hun uiteindelijke geluk in hun nieuw vaderland hebben gevonden. Maar ook hun afkomst niet verloochenen en af en toe met weemoed terug te denken aan hun vaderland. Beide gaan regelmatig naar Marokko voor familiebezoek. Het verhaal speelt zich af rondom de stad Oujda in het oosten van Marokko en in Limburg.
De dokumentaire Twee levens in een hart ging november 2014 in première in het Limburgs Museum Venlo en werd diezelfde maand ook uitgezonden op TV-station L1. In maart 2015 won de documentaire de NL-Award, een onderscheiding voor de beste producties van de Nederlandse regionale omroepen.
Marijn Poels(Meerlo,1975) is een Nederlands onafhankelijk film- en documentairemaker. Hij maakte onder meer de films Pablo, Ageless Friendsen de documentaire reeksen L1mburg Helpt (2009 en 2012) en Route 2015 (in 2011). Daarnaast maakte hij tussen 2005 en 2010 tournee documentaires en enkele video clips voor de Nederlandse punkband de Heideroosjes. De in Swolgen en Berlijn woonachtige Poels maakt films over internationale vraagstukken op sociaal, economisch en politiek gebied. In 2009 schreef hij zijn eerste boek: Tussen twee werelden. Poels' filmstijl wordt gekenmerkt door "real life registratie". De kijker krijgt een
realistische inkijk in de werkelijkheid zonder dat hieraan een mening is gekoppeld.


Zoals al vermeldt is tet thema voor dit jaar Geluk. En dat thema wordt in vele musea in Nedrland aangehaald.
Zelfs de bekende Herman Pley (emeritus hoogleraar historische Nederlandse letterkunde, gespecialiseerd in de Middeleeuwse literatuur) heeft een boek geschreven over geluk.
Iedereen zoekt in principe naar geluk. Maar geluk is voor iedereen anders. Iedereen beleeft dat anders.
Deze eerste lezing over gelukzoekers sluit daar mooi op aan.

 

Verslag: Jan Hesen


Terug


Start